Hey {{ first_name }} 👋,

"Groter is beter" - dat denken veel mensen bij het kiezen van een thuisbatterij. Meer opslagcapaciteit betekent toch meer besparing?

Spoiler: niet altijd. Sterker nog, een te grote batterij kost je juist geld.

Ik krijg regelmatig vragen van mensen die een batterij van 15 kWh hebben gekocht, terwijl ze er 's avonds maar 5 kWh van gebruiken. Die extra 10 kWh staat er alleen maar, doet niks, en verdient zich nooit terug. Vandaag leg ik uit waarom de "juiste" thuisbatterij vaak kleiner is dan je denkt.

Duik er maar in 👇

Exclusief gesprek met HomeWizard over hun thuisbatterij

In mijn podcast Iets met Tech, ging ik in gesprek met Stef Mesman van HomeWizard. We praten over productontwikkeling: hoe ga je van idee naar product in de webshop? Waarom beginnen ze altijd met het eindscherm en werken terug naar de hardware?

Natuurlijk komt hun populaire plug-in batterij uitgebreid aan bod. Waarom kozen ze voor 2,7 kWh en 800W? Waarom geen noodstroom? Hoe zorgen algoritmes dat je batterij slim laadt op basis van weersvoorspellingen en jouw verbruik?

Abonneer je op mijn podcast en luister deze aflevering. Je vindt ons op SpotifyApple Podcasts en in alle andere podcast-apps (zoek naar Iets met Tech).

Het probleem met te groot 🔋

Je zou denken: grotere capaciteit = meer mogelijkheden = betere investering. Maar de praktijk wijst anders uit. Er zijn drie redenen waarom een te grote thuisbatterij je juist geld kost. En één daarvan hoor je zelden van verkopers.

1. Thuisbatterijen zijn geen seizoensbuffer

Dit is de belangrijkste misvatting: een thuisbatterij slaat geen zomerstroom op voor de winter. Dat zou mooi zijn, maar zo werkt het niet. Een thuisbatterij overbrugt de periode tussen dag en nacht. Je zonnepanelen produceren overdag, de batterij slaat op, en 's avonds gebruik je die stroom. De volgende dag begint de cyclus opnieuw.

Stel: je verbruikt 10 kWh per dag. Dan denk je misschien dat je een batterij van 10 kWh nodig hebt. Maar overdag verbruik je al een flink deel van je zonnestroom direct - voor je koelkast, wasmachine, laptop. Het is vooral 's avonds en 's nachts (tussen 18:00 en 08:00) dat je stroom uit de batterij haalt. Dat is meestal 30-40% van je totale dagverbruik.

Bij 10 kWh dagverbruik heb je dus maar 3-5 kWh 's avonds nodig. Een batterij van 10 kWh die dagelijks voor de helft gebruikt wordt? Dan betaal je eigenlijk voor een peperdure 5 kWh batterij.

2. Je omvormer is de bottleneck

Dit punt wordt bijna nooit genoemd bij de verkoop. En het is misschien wel het belangrijkste argument tegen een te grote batterij.

Elke thuisbatterij werkt via een omvormer die gelijkstroom omzet naar wisselstroom. Bij de meeste systemen heeft die omvormer een vermogen tussen de 3 en 6 kW. En dat is meteen je knelpunt.

Praktijkvoorbeeld: je koopt een batterij van 15 kWh omdat dat "toekomstbestendig" klinkt. Maar je omvormer heeft een vermogen van 5 kW. Die batterij kan maar 5 kW per uur opladen of ontladen. Het maakt niet uit dat er 15 kWh inzit - je omvormer bepaalt hoe snel je kunt laden en ontladen.

Voor de meeste Nederlandse huishoudens ligt het piekverbruik tussen 3-5 kW. Je betaalt dus voor opslagcapaciteit die je niet snel genoeg kunt gebruiken. Niet omdat de batterij slecht is, maar omdat je omvormer de beperking vormt.

Waarom vertellen verkopers dit niet? Een grotere batterij heeft een hogere verkoopprijs en klinkt indrukwekkender. "15 kWh batterij" verkoopt beter dan "8 kWh systeem". Maar voor jouw portemonnee maakt het weinig uit als je omvormer van 5 kW je limiet is.

Vuistregel: je batterij zou in 1,5 tot 2 uur volledig geladen moeten kunnen worden bij maximaal omvormervermogen. Bij een 5 kW omvormer past een batterij van 8-10 kWh. Een batterij van 15-20 kWh levert je praktisch weinig extra op.

3. De rekensom klopt niet

Dan is er nog het geld argument. Grotere batterijen zijn per kWh iets goedkoper. Een batterij van 5 kWh kost ongeveer € 700 per kWh, bij 15 kWh betaal je soms € 600 per kWh. Dat lijkt voordelig.

Maar: alleen de kWh die je gebruikt tellen mee voor je terugverdientijd.

Vergelijk deze twee opties:

  • Batterij A: 10 kWh voor € 7.000. Je gebruikt dagelijks 8 kWh.

  • Batterij B: 20 kWh voor € 10.000. Je gebruikt ook dagelijks 8 kWh.

Batterij B kost € 3.000 meer, maar je bespaart geen euro extra omdat je die extra 10 kWh niet gebruikt. Die capaciteit staat er alleen maar. De terugverdientijd van een te grote thuisbatterij loopt zo naar 15-20 jaar - of wordt überhaupt niet bereikt.

Hoe bereken je de juiste grootte? 📊

Het goede nieuws: het is minder ingewikkeld dan verkopers suggereren. Je hebt geen complexe formules nodig, gewoon praktisch nadenken en een paar metingen.

De belangrijkste vraag is niet "hoeveel verbruik ik per dag?" maar "hoeveel verbruik ik tussen 18:00 en 08:00?" Kijk in je slimme meter app of energiemonitoring. Noteer een week lang je verbruik 's avonds en 's nachts. Dat is de batterijcapaciteit die je nodig hebt - niet meer, niet minder.

Je hebt vast de bekende regel gehoord: 1 tot 1,5 kWh batterijcapaciteit per kWp zonnepanelen. Bij 4 kWp panelen zou je dus een batterij van 4-6 kWh nodig hebben. Deze vuistregel werkt alleen als je overdag echt overschot hebt. Werk je thuis en verbruik je overdag al veel stroom? Dan heb je minder batterijcapaciteit nodig omdat er minder overschot is om op te slaan.

Check ook het vermogen van je (toekomstige) omvormer. Bij een 5 kW omvormer heeft een batterij van 15 kWh weinig zin. Bij een 10 kW omvormer kun je een grotere batterij overwegen, als je die capaciteit ook daadwerkelijk gebruikt.

Als praktische richtlijn:

  • 2.500 kWh jaarverbruik → 3-5 kWh batterij

  • 3.500 kWh jaarverbruik → 5-8 kWh batterij

  • 5.000 kWh jaarverbruik → 8-10 kWh batterij

  • 7.000+ kWh jaarverbruik → 10-15 kWh batterij

Dit zijn richtlijnen, geen exacte waarden. Je eigen verbruikspatroon bepaalt wat je nodig hebt. Begin liever te klein dan te groot. Een batterij van 5 kWh die je voor 80% benut werkt beter dan een batterij van 12 kWh die voor 35% wordt gebruikt.

Wanneer is groter wel zinvol? 💡

Er zijn situaties waarin een grotere thuisbatterij logisch is. Het gaat erom dat de capaciteit past bij wat je nodig hebt.

Met een dynamisch energiecontract verandert het spelletje. Dan laad je de batterij op de goedkoopste momenten (vaak 's nachts of rond de middag) en ontlaad tijdens dure piekuren (meestal 17:00-20:00). Voor stroomhandel wordt een grotere batterij interessant. Vanaf 10 kWh wordt dit rendabel. Je hebt wel slimme software nodig die dit automatisch regelt (zoals Zonneplan, Bliq of vergelijkbare systemen).

Heb je een warmtepomp (3-7 kW), elektrisch koken op inductie (3,5 kW) of vergelijkbare apparaten? Dan kun je een batterij van 10-15 kWh overwegen. Maar alleen als je omvormer dat aankan én je die capaciteit daadwerkelijk gebruikt.

Bij een vakantiehuisje of boot zonder netaansluiting draait het niet om rendement maar om autonomie. In dat geval kan een grote capaciteit zinvol zijn.

Veelgemaakte denkfouten

Ik zie regelmatig dezelfde denkfouten voorbijkomen. De eerste: "Bij 5 kWp zonnepanelen is 5 kWh batterij te weinig". Je 5 kWp zonnepanelen produceren op een zonnige dag 20-30 kWh. Maar een groot deel daarvan verbruik je overdag al direct. Het overschot dat overblijft, is meestal 4-6 kWh. Een batterij van 5-6 kWh is dan voldoende.

Dan hoor je ook vaak: "In de winter heb ik meer capaciteit nodig". Maar in de winter produceren je zonnepanelen veel minder. Op een grijze decemberdag misschien 2-3 kWh totaal. Een grotere batterij helpt niet als je zonnepanelen weinig produceren. Je kunt niet opslaan wat er niet is.

En de laatste: "Ik reken mijn toekomstige elektrische auto mee". Een elektrische auto heeft een batterij van 40-80 kWh. Om die vol te laden met je thuisbatterij heb je 4 tot 8 batterijen van 10 kWh nodig. Dat is niet realistisch. Je kunt een paar kWh bijladen vanuit je thuisbatterij, maar een elektrische auto laad je gewoon uit het net. Bij voorkeur tijdens daluren of met een slimme laadpaal.

Tot slot

De drie gouden regels:

  1. Match je avond- en nachtverbruik - dat is waar je batterij voor dient

  2. Check je omvormer - die bepaalt wat je technisch kunt laden en ontladen

  3. Kies modulair als je twijfelt - begin klein, groei als het nodig is

Begin niet met de vraag "hoeveel kWh wil ik?" maar met "hoeveel kWh gebruik ik 's avonds?" Meet dat een week lang met je slimme meter. Dan weet je precies wat je nodig hebt. En dat is vaak kleiner - en goedkoper - dan je dacht.

Een goede installateur rekent eerst uit wat bij jou past. Want passend werkt beter dan groot.

Reply

or to participate

Keep Reading

No posts found